De aanbesteder moet natuurlijk altijd een gelijk speelveld tussen inschrijvers waarborgen, maar bij het aanbesteden van een opdracht die de continuering van lopende diensten omvat, verdient dit aspect extra aandacht. De kans is namelijk groot dat de bestaande dienstverlener ten opzichte van andere potentiële inschrijvers over een kennisvoorsprong beschikt. De aanbesteder zal voldoende informatie moeten verstrekken in de aanbestedingsstukken om concurrentievervalsing te voorkomen. Bij een aanbesteding van uitvaartdiensten ging dit volgens de rechtbank Amsterdam mis.
Wanneer iemand komt te overlijden en nabestaanden niet in staat zijn de uitvaart voor deze persoon te regelen of betalen, is de gemeente verplicht hiervoor zorg te dragen. Een gemeente had voor zogenaamde ‘uitvaarten van gemeentewege’ een aanbestedingsprocedure uitgeschreven. Als gunningscriterium gold de ‘beste prijs-kwaliteitverhouding'. Voor de beoordeling van inschrijvingen op het criterium prijs moesten inschrijvers een tarief opgeven voor “Uitvaarten van Gemeentewege waarvoor geen middelen bij de overledene beschikbaar zijn”.
Drie ondernemers, onder wie de bestaande dienstverlener, schreven in op de opdracht. De inschrijving van de bestaande dienstverlener kwam als winnaar uit de bus. Het prijsverschil met de enige andere geldige inschrijving was groot. Dat wekte achterdocht bij de afgewezen inschrijver.
Wat bleek? Wanneer de kosten van een uitvaart achteraf toch bij nabestaanden in rekening zijn te brengen, mag het consumententarief in plaats van het aangeboden tarief in rekening worden gebracht. Dit stond ook in de aanbestedingsstukken, maar hierin was niet ondubbelzinnig bepaald dat inschrijvers deze mogelijkheid mochten verdisconteren in het aangeboden tarief voor uitvaarten die níét door nabestaanden kunnen worden gedragen. Daarnaast was niet duidelijk om hoeveel gevallen het in potentie ging; historische cijfers waren namelijk niet in de aanbestedingsstukken opgenomen. De bestaande dienstverlener beschikte wel over deze informatie.
De afgewezen inschrijver was volgens de rechtbank op een achterstand gezet en dat is in strijd met de beginselen van gelijke behandeling en transparantie. De aanbestedingsprocedure moest daarom overnieuw. De gemeente zal bij heraanbesteding van de opdracht een gelijk speelveld tussen inschrijvers moeten creëren.